Voorgeschiedenis,oprichting en organisatieontwikkeling
In 1907 ging degemeenteraad van Hilversum akkoord met de plannen om de vrijwillige brandweer om te zetten in een plichtsbrandweer. Deze plichtsbrandweer bestond uit gemeenteambtenaren, die door het College van Burgemeester en Wethouders werden aangewezen voor het verrichten van brandweerwerkzaamheden naast hun werkzaamheden in de hoofdfunctie waarvoor ze waren aangesteld. Op 1 augustus1907 traden de nieuwe brandweermannen in functie, met hoofdopzichter Maas als brandmeester. Brandweermannen waren in de regel werkzaam bij de gemeentereiniging. Deze dienst werd in 1916 bij de dienst Publieke werken ondergebracht en vanaf 1982 bij de dienst Groen, Gebouwen en Reiniging( GGR). De Directeuren van deze diensten hadden als neventaak brandweercommandant.
Eind jaren zeventig, begin jaren tachtig werd het steeds moeilijker de brandweerzorg zoalshierboven geschetst op peil te houden. Vanwege bezuinigingen was er bij de gemeente een personeelsstop ingezet, oudere medewerkers werden bijna niet meer vervangen door jongere. Bovendien was de gemeente begonnen diensten af te stoten. Hierdoor werd een organisatorische verandering voor wat de brandweertaken betreft noodzakelijk. Om het betaalbaar te houden koos de raad voor een beroepsbrandweer, aangevuld met vrijwilligers. In februari 1985 stapten de eerste medewerkers van de GGR over naar de Brandweer Hilversum.
Bij de overgang in 1985 van de plichtbrandweer naar een gecombineerde vrijwillige en beroepsbrandweer onderging de brandweer Hilversum ook een organisatorischeverandering. Zij ging bestaan uit drie afdelingen: preventie, repressie enpreparatie, met daarboven een commandant die ondersteund werd door een administratie (afdeling FAZ). Repressie was de grootste afdeling en verzorgde de uitruk, zij hield zich bezig met de daadwerkelijke brandbestrijding en met de hulpverlening. De afdeling Preparatie was verantwoordelijk voor de voorbereiding op de brandbestrijding en op die van de hulpverlening. Hieronder werd verstaan het opleiden en oefenen van repressieve personeel en de aankoop en het onderhoud van materiaal en materieel. De afdeling Preventie ten slotte hield zich bezig met het voorkomen en beperken van brand en het voorkomen en beperken van ongevallen bij brand. Deze afdeling adviseerde onder andere bij het verlenen van bouw- en milieuvergunningen en bestemmingsplannen.
In de navolgende jaren verschoof de aandacht binnen de brandveiligheid sterk van repressie naar preventie en pro-actie. De wijze van brandbestrijding en hulpverlening en voorbereiding hierop was ook sterk aan verandering onderhevig. Verder hadden opg emeentelijk niveau de diensten een grotere mate van vrijheid in handelen gekregen, ze waren op een grotere afstand van het bestuur komen te staan. Al deze ontwikkelingen maakte een andere wijze van sturing en verantwoording noodzakelijk.
Per 1 november2000 werd de hoofdstructuur van de brandweer omgevormd naar een structuur, bestaande uit de lijnafdelingen repressie, preventie en bedrijfsvoering met daarboven een commandant. De afdeling preparatie ging op in de afdeling repressie. Een aantal taken van de afdeling preparatie werden overgeheveld naar de afdeling preventie.
Samenwerking inde regio 1947-1984
In het Gooibestond al vanaf 1947 een goede samenwerking tussen de verschillende lokale brandweercommandanten, die in een informele Kring geregeld overlegden over hun gedeelde problemen en mogelijkheden. Vanaf 1965 werden deze contacten steeds hechter en frequenter, en in 1967 kwam er een regionale Opleidingscommissievoor lager brandweerpersoneel tot stand, als voorloper van een breder samenwerkingsverband. Op 27 augustus 1970 is de Regionale Brandweerorganisatiein het Gooi en de Vechtstreek (RBOGV) officieel opgericht op basis van een gemeenschappelijke regeling tussen de gemeentes Hilversum, Huizen, Blaricum,Naarden, Bussum, Weesp, ’s-Graveland, Nederhorst den Berg, Muiden en Laren. Ineen later stadium is de gemeente Loosdrecht, tegenwoordig Wijdemeren, toegetreden tot de regeling. Hilversum fungeerde daarin als centrumgemeente.
De dienst brandweervan de gemeente Hilversum bleef uitruktaken uitvoeren, maar de verantwoordelijkheid voor rampenbestrijding kwam volledig bij de Regionale Brandweerorganisatie te liggen. De brandweer van de gemeente Hilversum had een eigen commandant. Deze kreeg vanaf 1983 ook de taak van functionele regionale brandweercommandant bij de Regionale Brandweerorganisatie toebedeeld.
Huisvesting en opheffing
Tot 1979 had deorganisatie geen aparte huisvesting, maar was ondergebracht in het gemeentehuis te Hilversum. Vanaf 1979 tot juli 1992 was de organisatie gehuisvest in de Orchideestraat 10 te Hilversum. Door de organisatiewijziging in 1985 van plichtbrandweer naar beroepsbrandweer aangevuld met vrijwilligers werd het onderkomen van de brandweer op de hoek Orchideestraat - Neuweg te klein om een ploeg dag en nacht te kunnen huisvesten. In 1992 kreeg de brandweer aan de Jan van der Heijdenstraat een nieuwe kazerne. Maar omdat in latere jaren degemeente het omliggende terrein wilde gebruiken voor de bouw van flats, moest dit pand uiteindelijk ook weer worden afgebroken. Er kwam een nieuw onderkomen,waarin Brandweer Hilversum en de Regionale Brandweerorganisatie werden gehuisvest. In de zomer van 2008 opende de minister van Binnenlandse Zaken de nieuwe kazerne aan de Kamerlingh Onnesweg 148. Per 1 januari 2009 werd dit gebouw de hoofdvestiging voor de op die datum in het leven geroepen organisatie Veiligheidsregio Gooi en Vechtstreek. Op diezelfde datum hielden de dienst brandweer van de gemeente Hilversum en de Regionale Brandweerorganisatie op te bestaan.
Overzicht van commandanten van de gemeentelijke brandweer 1907-2009
1907-1914 H. G. Maas
1914-1915 J. Schipper (tijd.)
1915-1928 Ir. W.M. Dudok
1928-1939 Ing. I.F. Groote
1939-1952 N.A. Felix
1953-1964 Ir. J.M. Wijs
1965-1980 Ir. I.W. Bruggeman
1981-1983 Ing. C.G. Doornberg (aanvankelijk waarnemend)
1983-1996 Ing. L.D. Hageman (aanvankelijk waarnemend)
1996-2002 Ing. H.A.J. Foederer
2002-2009 Ing. R.A. Moraal